Eigenschappen van een condensator
Een condensator wordt veel in elektronische schakelingen gebruikt. Een condensator bestaat uit twee elektrisch geleidende platen die geïsoleerd van elkaar staan opgesteld. Tussen de twee platen zit bij een keramische condensator een isolerend keramisch materiaal. Zodra er een elektrische spanning op de twee platen wordt aangesloten, vloeit er stroom door de aansluitdraden van de condensator. Hierdoor wordt er tussen de twee platen een elektrisch veld opgebouwd. De stroomtoevoer loopt bij een constante spanning geleidelijk terug naar nul. De hoeveelheid stroom die nodig is om de condensator op te laden is een maat voor de capaciteit van de condensator. De capaciteit van een condensator is evenredig met het oppervlakte van de platen, de permittiviteit van de isolator tussen de platen en omgekeerd evenredig met de afstand tussen de platen. Hoe groter het oppervlakte, hoe hoger de capaciteit. Bij een kleiner wordende afstand tussen de platen neemt de capaciteit toe, hoe dunner de isolator hoe hoger de capaciteit. Een dunnere isolator zorgt wel voor een lagere maximale werkspanning, omdat een dunne isolator bij een lagere spanning zal doorslaan. De permittiviteit van een isolator is een vast gegeven. Bij keramisch materiaal hangt deze factor af van het gebruikte keramische materiaal.
Opbouw van een keramische condensator
Een keramische condensator bestaat uit een keramisch plaatje waar aan beide zijden een laagje metaal, meestal aluminium is opgedampt. Voor een condensator met een lage capaciteit wordt een laagje keramisch materiaal gebruikt. Voor een keramische condensator met een hoge waarde worden meerdere laagjes keramisch materiaal gebruikt. Dit wordt een multilayer keramische condensator genoemd. Lees verder → Bericht ID 3684